-
1 voorbereiden
préparer -
2 voorbereiden
1 préparer♦voorbeelden:lessen voorbereiden • préparer ses courszich voorbereiden op een examen • préparer un examenik was daarop voorbereid • je m'y attendaisop het ergste voorbereid zijn • s'attendre au pireiemand op de dood van zijn vader voorbereiden • préparer qn. à la mort de son pèrealles tot de ontvangst van de gasten voorbereiden • tout préparer pour l'accueil des invitésleerlingen voorbereiden voor een examen • préparer des élèves à un examen -
3 klaarmaken
1 préparer♦voorbeelden:zich klaarmaken • se préparer (à)iemand klaarmaken voor een examen • préparer qn. à un examen -
4 prepareren
1 [algemeen] préparer2 [opzetten] naturaliser♦voorbeelden:iemand prepareren voor een examen • préparer qn. à un examen -
5 klaarmaken
1. ww 2. zich klaarmakenww -
6 beramen
1 [ontwerpen] préparer2 [begroten] calculer♦voorbeelden:een ontsnapping beramen • tramer une évasion -
7 bereiden
-
8 gereedmaken
-
9 ophebben
1 [als hoofddeksel dragen] porter2 [geconsumeerd hebben] avoir bu, mangé3 [+ met][ingenomen zijn] faire cas (de)4 [tot taak gekregen hebben] devoir préparer♦voorbeelden:veel ophebben met iemand • faire grand cas de qn.4 welke les hebben we op? • quelle leçon devons-nous préparer? -
10 weg
weg1〈de〉♦voorbeelden:eigen weg • chemin privéde openbare weg • la voie publique〈 figuurlijk〉 iemand van de rechte weg afleiden • détourner qn. du droit cheminde weg bereiden • préparer la voie〈 figuurlijk〉 de weg effenen voor iemand • préparer le terrain pour qn.zijn eigen weg gaan • suivre sa propre voiezijn weg vinden • faire son cheminiemand de weg wijzen • montrer le chemin à qn.aan de weg naar Delft • au bord de la route de Delftzo oud als de weg naar Kralingen, Rome • vieux comme le mondeop weg gaan (naar) • se mettre en route (pour)〈 figuurlijk〉 iemand op weg helpen • mettre qn. sur la (bonne) voiehij is op weg beroemd te worden • il est en passe de devenir célèbrede wagen ligt vast, goed op de weg • la voiture tient bien la route〈 spreekwoord〉 de weg naar de hel is geplaveid met goede voornemens • l'enfer est pavé de bonnes intentions〈 spreekwoord〉 wie aan de weg timmert, heeft veel bekijks • qui édifie en grande place, fait maison trop haute ou trop basselangs deze onsympathieke weg • par ce moyen peu sympathiquelangs vreedzame weg • par la négociationeen weg te voet afleggen • parcourir un chemin à piediemand de weg afsnijden • couper la route à qn.zich een weg banen • se frayer un cheminmet zijn geld geen weg weten • ne pas savoir que faire de son argentiemand iets in de weg leggen • mettre des bâtons dans les roues à qn.iemand in de weg lopen • être dans les jambes de qn.dat zit me in de weg • ça m'irriteiemand in de weg staan • gêner qn.problemen uit de weg ruimen • résoudre des problèmesuit de weg kunnen • savoir comment s'y prendre (avec qn., qc.)uit de weg! • laisse(z)-moi passer!iemand uit de weg gaan • éviter qn.iemand uit de weg ruimen • liquider qn.→ link=wil wil————————weg2〈 bijwoord〉1 [afwezig] parti2 [niet te vinden] disparu3 [+ van][verrukt] fou/fol/folle4 [verwijderd] loin♦voorbeelden:weg wezen! • allez, ouste!weg met …! • à bas …!¶ als dat gebeurt ben je weg • dans ce cas-là, tu seras fichuiets weg hebben van • ressembler un peu à〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 met iets weg zijn • avoir pigé qc.in het wilde weg schieten • tirer au hasard -
11 aanmaken
-
12 bereiden
wwpréparer, apprêter -
13 brouwen
-
14 instellen
-
15 toebereiden
ww -
16 aanmaken
-
17 aantocht
-
18 alles tot de ontvangst van de gasten voorbereiden
alles tot de ontvangst van de gasten voorbereidenDeens-Russisch woordenboek > alles tot de ontvangst van de gasten voorbereiden
-
19 broeien
2 [zwoel zijn] faire étouffant3 [beraamd worden] se préparer♦voorbeelden:'t is broeiend heet • il fait un temps étouffanter broeit iets • il se prépare qc.er broeit iets bij hem • il mijote qc. -
20 brouwen
1 [taalkunde] grasseyerII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [m.b.t. bier] brasser2 [samenstellen] composer3 [beramen] tramer♦voorbeelden:
См. также в других словарях:
préparer — [ prepare ] v. tr. <conjug. : 1> • v. 1380; « panser » 1314; lat. præparare I ♦ PRÉPARER QQCH. 1 ♦ Mettre, par un travail préalable, en état d être utilisé, de remplir sa destination. ⇒ apprêter, arranger, disposer. Préparer une chambre… … Encyclopédie Universelle
preparer — Preparer. v. a. Apprester, disposer, mettre quelque chose en estat de servir. Preparer une maison. preparer un disner. preparer de la viande. preparer un spectacle. preparer une medecine. preparer des drogues. preparer de l antimoine, de l opium… … Dictionnaire de l'Académie française
preparer — Preparer, Praeparare, Praesternere. Preparer un lieu, Moliri locum. Se preparer de bailler trente mines pour une fille, Destinare sibi puellam minis triginta. Plus preparé et garni pour, etc. Compositior ad iudicium prolusorium B … Thresor de la langue françoyse
Preparer — Pre*par er, n. One who, or that which, prepares, fits, or makes ready. Wood. [1913 Webster] … The Collaborative International Dictionary of English
preparer — index precursor Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
préparer — (pré pa ré) v. a. 1° Disposer une chose pour l usage auquel on la destine. • Je prépare une chambre à votre amant transi, SCARRON Jodelet, maître valet, V, 2. • Debout ! Pour la chasse ordonnée il faut préparer tout, MOL. Princ. d Él. Prol … Dictionnaire de la Langue Française d'Émile Littré
PRÉPARER — v. a. Apprêter, disposer, mettre une chose dans l état convenable à l usage auquel on la destine. Préparer une maison. Préparer un dîner. Préparer de la viande, un mets. Préparer des cuirs. L art de préparer et de conserver les insectes. Préparer … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 7eme edition (1835)
PRÉPARER — v. tr. Apprêter, disposer mettre une chose dans l’état convenable à l’usage auquel on la destine. Préparer une chambre. Préparer un dîner. Préparer de la viande, un mets. Préparer des cuirs. L’art de préparer et de conserver les insectes.… … Dictionnaire de l'Academie Francaise, 8eme edition (1935)
préparer — vt. , apprêter, disposer, accommoder : prépa â (Peisey), PRÉPARÂ (Aillon J., Aix.017, Albanais.001, Annecy.003, Arvillard.228, Balme Si.020, Billième, Chambéry.025, Gets, Giettaz, Mûres, St Nicolas Cha., Saxel.002, Thoiry, Thônes.004, Viviers… … Dictionnaire Français-Savoyard
Preparer Tax Identification Number - PTIN — An Internal Revenue Service requirement implemented in 2011 that requires all paid federal tax return preparers to register with the federal government, and pay a fee to obtain a unique numerical identifier. Preparer tax identification number… … Investment dictionary
preparer — noun Preparer is used after these nouns: ↑tax … Collocations dictionary